
15 jaar Lijn1: Hendrik Vrolijk over de kracht van écht luisteren en de dokter van de toekomst
Hendrik Vrolijk is al twintig jaar huisarts in de Rivierenbuurt en sinds de oprichting van Lijn1 trekken we met elkaar op. We gaan in gesprek over transitie, samenwerking en ‘de dokter van de toekomst’. Want inmiddels deelt hij zijn visie op verbinding ook met het onderwijsveld. ‘Ontzettend leuk, daar leer ik ook weer van.’
De ‘Dokter van de Toekomst.’ Daarmee houdt Hendrik Vrolijk van De Doc Huisartsen zich – naast zijn praktijk – bezig bij de huisartsenopleiding aan LUMC-Campus Den Haag. We spreken hem op de valreep van zijn loopbaan als huisarts, begonnen met geen enkele en nu met ruim twaalfduizend patiënten binnen een maatschap van zes huisartsen.
Hoe ziet die toekomstige arts er volgens hem uit? ‘Als de dokter die de spreekkamer uit moet. Onze huisartsen leren heel goed wat ze daarbinnen moeten doen, maar voor wat daarbuiten plaatsvindt, hebben ze andere middelen nodig.’
Het belangrijkste middel is – en ja, dat thema blijft het hele gesprek centraal staan – ‘samenwerking’. Hendrik licht toe: ‘Voor enkelvoudige zorg volstaan de traditionele vaardigheden van de huisarts. Maar bij complexe zorg is opbouw van een netwerk ontzettend belangrijk. Met andere zorgverleners, of met bijvoorbeeld schuldhulpverlening of andere partijen binnen het sociaal domein.’ Hij is stellig: ‘Zonder goed netwerk denk ik niet dat je goede zorg kunt leveren.’
Verbinding
Reden dus om ‘verbinding’ al tijdens de opleiding meer aandacht te geven. ‘Artsen in opleiding hebben projecten gedaan met HBO V-ers en studenten sociaal werk. Zo ontstaat meteen een connectie. Ook met de tweede lijn, binnen het Haga, laten we ze samenwerken. Samen onderzoeken ze: wat kunnen we van elkaar leren? Wat zijn onze knelpunten?’ Voor Hendrik was dit een eerste ervaring binnen het onderwijs. Het beviel hem. ‘Ik heb er veel van geleerd.’
Dat raakt meteen aan een van zijn andere speerpunten voor de ‘Dokter van de Toekomst’: die leert namelijk zijn hele leven lang. Een idee dat Hendrik altijd heeft omarmd. ‘We werken in onze praktijk inmiddels vanuit het 4D-model. Daarbij probeer je complexe problematiek te ontrafelen. Dus wat is somatisch, wat is psychisch en wat is sociaal-maatschappelijk? Daarna kijk je samen met de patiënt wat het belangrijkste is om als eerste mee aan de slag te gaan. Vaak is dat sociaal-maatschappelijk, bijvoorbeeld schulden. Dat kan je niet zelf, maar wel met je netwerk.’
Luisteren als essentie
Goed luisteren is daarbij essentieel, iets wat nog niet zo makkelijk is. ‘Vaak zit je al meteen in je eigen hoofd, op zoek naar oplossingen. Maar luister eerst gewoon eens naar wie er tegenover je zit. Waar liggen iemands zorgen? Wat is de angst? Als dat op tafel ligt, kom je verder. Ik zeg altijd tegen artsen in opleiding dat ze eerste eens vijf minuten moeten luisteren, zonder te praten en zonder in hun trukendoos naar oplossingen te zoeken. Dat valt nog niet mee.’
‘Goed naar een patiënt luisteren, maakt duidelijk waar je zelf misschien tekortschiet in wat je kunt bieden. Een somber persoon kan ik doorsturen naar een psycholoog, maar ik kan ook doorvragen om te horen dat iemand grote schulden heeft. Als dat probleem niet wordt aangepakt, komt iemand niet uit zijn somberheid. En wanneer je het wel doet, verminderen die depressieve gevoelens misschien vanzelf.’
‘Wanneer je niet weet wat je met mensen met meer complexe problemen zou kunnen doen, dan vraag je er ook niet naar. Daarom is het zo belangrijk dat huisartsen die tools en connecties wél hebben. Inmiddels kan ik iemand zo meenemen naar de financiële helpdesk als dat nodig is. Die gedachte, dat je samen sterker staat om een ander te helpen, heb ik altijd al omarmd. Omdat ik hoorde en zag dat mijn patiënten alleen op die manier écht geholpen konden worden.’
De hele mens zien
‘Van oorsprong was de huisarts een solist. Maar het is gevaarlijk om als dokter te lang alleen in die spreekkamer te zitten. Je herhaalt patronen en wordt niet geprikkeld om anders te denken of om iemand anders erbij te halen.’ Dit is al flink veranderd afgelopen jaren. ‘Ik zie dat de jonge dokters al veel beter kunnen samenwerken. Er is bij hen ook minder angst om iets kwijt te raken. De nieuwe generatie durft er meer op te vertrouwen dat er voor iedereen genoeg is.’
Anders kijken naar het vak dus, maar ook anders kijken naar de mens. ‘Mensen vinden me een goede dokter. Maar ik heb echt niet meer kennis dan een ander. De sleutel zit in de kracht om op tafel te kunnen leggen waar iemand voor komt. Echt te kunnen zien waar iemand zich zorgen over maakt. Zolang die sleutel niet op tafel ligt, blijft er onvrede.’ De hele mens zien dus? ‘Absoluut. En daarbij zien wat belangrijk is voor iemand en hoe je dat kan versterken. Daar geloof ik erg in.’
15 jaar Lijn1
We gaan met Hendrik in gesprek naar aanleiding van ons 15-jarig bestaan. Al die tijd trekken we met elkaar op. Ook wij coachen en begeleiden vanuit verbondenheid en vertrouwen in elkaars kracht en kunnen. Zo dragen we samen bij aan Gezond Samen Leven.
Debby de Jongste, directeur Lijn1: ‘Wat ik mooi vind aan Hendriks rol is dat hij zich vanuit gelijkwaardigheid met mensen in de gemeenschap verbindt. Zo mobiliseert hij krachten die daar al aanwezig zijn. Bij diegenen die met een vraag bij hem komen in zijn rol als huisarts, maar ook bij andere bewoners. Ook Lijn1 stimuleert beweging en community-building vanuit het collectief en ieders eigen kracht en mogelijkheden.’